Kees Jan de Vet, dijkgraaf bij waterschap Brabantse Delta: ‘De Deltacommissaris en het BPZ delen onze opvatting dat je alles op alles moet zetten om beschikbaar kwalitatief goed water te benutten, in plaats van het naar zee af te voeren. Ze ondersteunen daarom onze ambitie met het Walwater. Belangrijke voorwaarde voor opname in het Deltaprogramma was het regionale commitment. De vijf betrokken partijen gaven dit commitment, wat in november resulteerde in het positief advies van het BPZ voor opname in het Deltaprogramma.’
Ongebruikt zoet water benutten
Bijzonder aan dit zoetwaterproject is dat er nog geen concrete zoetwateropgave aan de voet van de Brabantse Wal is bepaald, maar dat een grote hoeveelheid zoet water ongebruikt de Westerschelde instroomt. De Zuidwestelijke Delta heeft als ambitie de regio aan te passen op klimaatverandering door het gebied klimaatrobuust in te richten. Deze ambitie deed de partners besluiten dit zoete water nuttig te gaan inzetten.
Anita Pijpelink, gedeputeerde provincie Zeeland: ‘Zeeland is voor zoet water afhankelijk van het water dat uit de lucht komt vallen. Daar willen we geen druppel van verspillen! Om die reden ben ik blij dat we nu werken aan de benutting van het water uit de Brabantse Wal en daarbij worden gesteund door het Rijk.’
Systeemanalyse en gesprek met de regio
De verkenning bestond uit een watersysteemanalyse en gesprekken met mogelijke watergebruikers in de regio. De analyse gaf meer inzicht in de onderdelen van het watersysteem, dat de provinciegrens overstijgt. Zo blijkt het heel zinvol om de deelwaterstromen in het gebied te bekijken. In het algemeen neemt richting het westen het zoutgehalte en de nutriëntenconcentratie toe. Ook bleek dat in verschillende benedenstroomse delen van het gebied vrijwel het hele jaar sprake is van afvoer door uittredend kwelwater. Dit geldt, voor de meeste bovenstroomse deelgebieden niet. Ook zijn gesprekken gevoerd met (potentiële) watergebruikers in en direct grenzend aan het gebied om inzicht te krijgen in het mogelijke gebruik van het zoete water. Hierbij zijn zowel de korte als de lange termijn beschouwd.
Kansrijke ideeën
Uit de verkenning kwamen verschillende kansrijke ideeën voor het benutten van het beschikbare water. In 2022 worden verschillende haalbaarheidsonderzoeken uitgevoerd om te bepalen welke toepassingen of combinatie van toepassingen het meest kansrijk zijn. Op basis van de resultaten worden projectplannen gemaakt en de financiële bijdragen van de regionale partijen bepaald. De uitvoering van de projecten zal vanaf 2023 gebeuren. De ideeën:
Natuurontwikkeling: water benutten voor natuur en waterkwaliteit aan de noordzijde van het gebied, overlopend in het Markiezaatsmeer
Door maatregelen in het watersysteem kan water worden ingezet voor de kwelafhankelijke natuur aan de noordkant van het projectgebied. Dit water kan tevens worden afgeleid richting het Markiezaatsmeer bij Bergen op Zoom. Dit extra water zorgt daarmee voor natuurherstel aan de voet van de Wal en geeft invulling aan de N2000 doelen voor het Markiezaatsmeer.
Landbouwwater: water inzetten voor agrarische ontwikkeling en als vervangende bron voor de voeding van de bestaande landbouwwaterleiding Zuid-Beveland
Er is extra water nodig voor de toekomstige watervraag voor de landbouw in het gebied aan de voet van de Brabantse Wal (zelf). We gaan onderzoeken of het Walwater als voeding kan dienen op de bestaande Landbouwwaterleiding in Zuid-Beveland, die nu nog door Evides wordt gevoed met water uit de waterbekkens in de Biesbosch. Daarbij kan ook gekeken worden of door over te stappen op een andere bron meer landbouwwater geleverd kan worden. Dit is slim te combineren met het project “Optimalisatie Zoetwateraanvoer Landbouwwaterleiding”, waarbij gekeken wordt of via bassins de buffercapaciteit vergroot kan worden. Deze maatregel is ook onderdeel van het Deltaprogramma Zoet Water voor de komende planperiode.
Waterkwaliteit en optimalisatie waterbeheer: water benutten voor waterkwaliteitsdoelen (KRW) en als bron voor peilhandhaving en doorspoeling ten westen van de Brabantse Wal
Aan de voet van de Brabantse Wal liggen zowel op Zeeuws als Brabants grondgebied enkele KRW-waterlichamen, zoals de Agger en Bath-Oost. Voor ecologische doelen is het idee om meer water en water van betere kwaliteit door het gebied te laten stromen. Enkele aanpassingen in het watersysteem kunnen dit mogelijk maken.
Luc Mangnus, bestuurder bij waterschap Scheldestromen: ‘Door onder andere klimaatverandering verwachten we dat de uitdaging om ecologische doelen te halen alleen maar groter wordt. In dit project wordt gekeken naar vraag en aanbod van water en de dynamiek in een groter gebied. Hierdoor is het mogelijk om belangrijke factoren als peilhandhaving en waterkwaliteit ook mee te laten wegen voor een evenwichtige, toekomstbestendige oplossing.’
Industriewater: water inzetten voor tijdelijke toename watervraag door de industrie bij Terneuzen
De industrie rond Terneuzen heeft extra zoet water nodig voor de energietransitie. Op de lange termijn (richting 2050) is de verwachting dat door nieuwe technologieën minder water nodig is. In de tussentijd zijn maatregelen nodig om de beloofde CO2-reductie (Parijs-akkoord) te realiseren. Deze maatregelen zorgen vanwege de noodzakelijke koeling voor een tijdelijke toename van de watervraag. Die kan mogelijk geleverd worden van de voet van de Brabantse Wal via het bestaande leidingensysteem uit de Biesbosch.
Drinkwatervoorziening
Uit de verkenning volgt dat het meest bovenstroomse deel van het afstromende water mogelijk kan dienen als aanvullende bron voor de bereiding van drinkwater door Evides. In hoeverre dit water daadwerkelijk geschikt is voor de bereiding van drinkwater is nog niet goed te bepalen. Hiervoor is extra onderzoek nodig naar de waterkwantiteit, waterkwaliteit en seizoensdynamiek van het wateraanbod in relatie tot een robuuste drinkwatervoorziening.
Annette Ottolini, algemeen directeur Evides Waterbedrijf: ‘Het mooie van dit project is dat we samen inspanning leveren om het afstromend water van de Wal een goede bestemming te geven en zo bij te dragen aan een robuuste zoetwatervoorziening voor de regio.’
Hagar Roijackers, gedeputeerde provincie Noord-Brabant en voorzitter van het Gebiedsoverleg Zuidwestelijke Delta: ‘Water wordt de komende jaren een kostbaar goed. Zorgen voor voldoende kwalitatief goed water, zowel voor professionele gebruikers als ook voor consumenten, is een opgave die echt uitdagend wordt. Kijk alleen al naar de opwarming van Nederland, op consumentenniveau zal het gebruik over een paar jaar alleen maar toenemen. Het is dan ook goed dat we gezamenlijk de schouders onder dit project zetten.’
Benieuwd naar de andere zoetwatermaatregelen in de Zuidwestelijke Delta in het Deltaprogramma 2022-2027? Lees dan het artikel uit april 2021 over de zoetwaterambitie binnen onze regio.
“Gebruik afstromend water van de Brabantse Wal” is een project van de waterschappen Brabantse Delta en Scheldestromen, provincies Zeeland en Noord-Brabant en Evides Waterbedrijf. In hun opdracht voerde Visser Waterbeheer de verkenning uit.