Zeven jaar deed Jitske onderzoek naar de samenwerking tussen overheden in het waterdomein. Waarvan zes jaar binnen het programma Zuidwestelijke Delta, waar Jitske meewerkte als bestuurskundig adviseur en tegelijkertijd haar onderzoek uitvoerde. Haar proefschrift in de vorm van een boek is het resultaat. ‘“Synchrone besluitvorming” betekent dat de besluitvorming complex is,’ vertelt Jitske. ‘Er zijn veel partijen betrokken met elk hun eigen afwegingen. Die kunnen op verschillende manieren besluiten nemen. Het werkt niet als ieder z’n eigen besluiten neemt vanuit zijn eigen strategie. Als partijen in een proces van continue afstemming terechtkomen, nemen ze geen besluiten. Echter, als ieder vanuit zijn eigen unieke rol bijdraagt, specifieke kennis inbrengt en daarmee de ander versterkt, werkt besluitvorming wel.’

Duidelijke doelen

‘Ook het gevoel dat er duidelijke doelen zijn, werkt,’ vervolgt Jitske. ’Hierbinnen kunnen overheden vanuit hun eigen strategie beslissingen nemen voor het grotere domein. Een goed voorbeeld was het zoetwaterbod. Het Deltafonds was helder: er was geld beschikbaar voor zoet watermaatregelen en partijen moesten unaniem achter de voorstellen staan en zelf financieel bijdragen. Tegelijk was er ruimte om per regio een eigen invulling te geven aan het bod. En dat is gelukt binnen de Zuidwestelijke Delta: in 2014 kwamen de partners tot een regionaal maatregelenpakket en in 2015 tekenden ze een bestuursakkoord. Ik moet wel zeggen dat het altijd aan de omstandigheden en de context ligt of partijen tot besluiten komen. Ik heb ook gezien dat het kan werken als de strategieën van de overheden afzonderlijk juist erg sterk zijn.’

 

Jitske heeft vanuit haar onderzoek verschillende stellingen geformuleerd en reageert hierop:

“De dubbele loyaliteit die wordt gevraagd van tussenpersonen, geeft hen een even complexe als cruciale positie om tot synchrone besluitvorming te komen.”

Jitske: ‘Met tussenpersonen bedoel ik bestuurders, managers en ambtenaren. Zij laveren tussen de eigen organisatie en de samenwerking binnen – in dit geval – de Zuidwestelijke Delta. Alle overheden voeren hun eigen strategie. De tussenpersonen brengen deze strategieën in binnen de grotere context, zoals de Zuidwestelijke Delta. Ze hebben daarmee twee petten op. Dat maakt hun rol complex. Het is goed dat te beseffen.’

“Interacties en ervaringen tussen mensen zijn een krachtige bron van synchronisatie en vormen daarmee een onmisbaar element in theorieën over meervoudige besluitvorming.”

Jitske: ‘Binnen de Zuidwestelijke Delta heb ik gemerkt dat de sfeer een belangrijke bijdrage levert. Als die goed is, helpt dat bij het nemen van besluiten. Soms zeggen mensen: je moet functioneel ruzie maken om iets te bereiken. Maar dat kwam niet uit mijn onderzoek. Uiteraard is de volgende logische vraag: was er synchrone besluitvorming in de Zuidwestelijke Delta? Mijn antwoord is: soms wel, soms niet. Bij het besluit om een Rijksstructuurvisie te starten, is het gelukt. Alle partijen, inclusief de maatschappelijke organisaties, hebben vanuit hun eigen rol bijgedragen. Iedereen zette zich in voor hetzelfde doel, stond open voor elkaar en was scherp op wat ook voor de ander van belang was. Hier heeft die goede sfeer echt bijgedragen aan de besluitvorming.’

“Een vooraf te kennen gezamenlijk belang bestaat niet, hooguit een gaandeweg ontdekt gedeeld belang.”

Jitske: ‘Projecten of programma’s zoals Zuidwestelijke Delta richten zich heel erg op samen. Mijn advies is: ga van samen naar gedeeld. Zoek naar de gemene deler en benut die. Je deelt belangen, neem dat als uitgangspunt. Ben je het hierover eens? Ga dan aan de slag.’

“Synchronisatie is net als de Deltawerken nooit ‘klaar’, het laten werken van beide vereist continue inspanning.”

Jitske: ‘De samenwerking kan op het ene moment heel goed zijn, maar kan vervolgens zo uit je handen glippen. Je kan er niet van uitgaan dat als de samenwerking nu goed is, het verder vanzelf gaat. Je moet constant de verbinding met elkaar houden. Als je niks meer doet, kan de samenwerking over twee jaar helemaal niet meer zo goed zijn.’

“Verbeelding maakt begrijpelijk wat door verwoording ingewikkeld is geworden.”

Jitske: ‘Kaarten en tekeningen doen veel, heb ik gemerkt. Je ziet in een oogopslag waar het om draait. Aan de hand van beelden kun je veel beter over het onderwerp praten.’

“De invloed van macht in samenwerking ontdek je pas wanneer je als belanghebbende met ‘de overheid’ te maken krijgt.”

Jitske: ‘Sinds twee jaar ben ik lid van een actiegroep die de belangen van windsurfers behartigt. Dat bracht mij in een andere positie ten opzichte van de overheid. Wat ik heb gemerkt is dat overheden vaak vasthoudend zijn met betrekking tot hun strategie. Naast “mooie woorden” merk je ook dat macht en politiek een rol spelen. Een overheid beseft bijvoorbeeld niet hoe vervelend het is als je erg je best hebt gedaan op een zienswijze, maar het maanden duurt voordat je antwoord krijgt.’

 

Meer weten over Jitske’s onderzoek? Stuur dan een e-mail naar verkerk@fsw.eur.nl of kijk hier. ‘Ik hoop dat mijn boek ambtenaren, bestuurders, adviseurs en onderzoekers helpt om tot ”goed zeemanschap” in de besluitvorming te komen!’