Slim gebruik maken van afstromend zoet water
Aan de voet van de Brabantse Wal komt een grote hoeveelheid zoet water vrij, afkomstig uit de bodem (kwel) en van directe regen. Nu stroomt dit water, ongeveer 30 miljoen kuub per jaar, ongebruikt de Westerschelde in. De waterschappen Brabantse Delta en Scheldestromen, provincies Noord-Brabant en Zeeland, Brabants Landschap en Evides Waterbedrijf onderzoeken in het project Water tussen Wal en Schelde nuttige oplossingen voor het afstromende zoet water. Een haalbaarheidsonderzoek toonde aan dat afvoer naar het Markiezaatsmeer mogelijk en ook nodig is om invulling aan de natuurdoelen van het gebied te geven.

Bescherming van broedplaatsen
Dankzij de nieuwe stuw kan de waterstand zo worden geregeld dat broedplaatsen voor vogels in het voorjaar droog blijven. En dat in de winter meer water kan worden vastgehouden. Dit voorkomt dat eieren en kuikens verdrinken en dat broedgebied ongeschikt wordt. De komende jaren worden er ook extra broedeilanden aangelegd. De aanvoer van water uit het project Water tussen Wal en Schelde voorkomt hiernaast dat de eilanden in de broedperiode bereikbaar zijn voor roofdieren zoals de vos.
Volgende stap: intentieovereenkomst Water tussen Wal en Schelde
De betrokken partijen werken toe naar het ondertekenen van een intentieovereenkomst op 15 april om samen verder op te trekken in de voorbereiding en uitvoering van Water tussen Wal en Schelde. Met een rijksbijdrage van het Deltafonds is het doel om het project voor eind 2027 af te ronden.