Om besluiten voor de toekomst te kunnen nemen, is voldoende en juiste kennis nodig over de impact van zeespiegelstijging en klimaatverandering. Landelijk startte het Kennisprogramma Zeespiegelstijging in 2019 met onderzoek naar de gevolgen van de zeespiegelstijging. Het programma focust hierbij op de thema’s waterveiligheid, zandige kust en zoetwater en kijkt ook naar de gevolgen voor bijvoorbeeld havens, natuur en recreatie. Voor veel trajecten binnen Zuidwestelijke Delta is uitgebreid onderzoek nodig om de regio klimaatrobuust in te richten. Het Gebiedsoverleg Zuidwestelijke Delta besloot daarom om een Integrale Kennisagenda op te zetten om de kennisvragen in het gebied samen te brengen. De Kennisagenda is gebaseerd op de Gebiedsagenda Zuidwestelijke Delta 2050, de Herijkte Voorkeursstrategie Zuidwestelijke Delta en het Kennisprogramma Zeespiegelstijging.
Kennisleemtes ontdekken
Binnen de Zuidwestelijke Delta voeren allerlei partijen volop eigen onderzoek uit naar klimaatverandering, maar vaak ontbreekt inzicht in elkaars en andere lopende onderzoeken. Daarnaast is het niet duidelijk of deze onderzoeken samen genoeg en de juiste kennis verzamelen. De Integrale Kennisagenda moet hierin overzicht geven. Doel is om de kennistrajecten en bijbehorende inhoud in beeld te brengen en hiermee systematisch te ontdekken welke kennis nog ontbreekt en welke kennisontwikkeling de meeste prioriteit heeft. Op deze manier is de Zuidwestelijke Delta klaar voor de benodigde beslissingen voor de herijking van het Deltaprogramma 2027.
Case: waterbeheer Volkerak-Zoommeer
Een praktijkvoorbeeld binnen de Zuidwestelijke Delta is de zoetwater- en klimaatrobuustheidsstudie naar het waterbeheer in het Volkerak-Zoommeer. In het kader van het Kennisprogramma Zeespiegelstijging Spoor II rolden uit de Integrale Kennisagenda drie kennisleemtes die prioriteit hebben te onderzoeken:
- De beschikbaarheid van de wateraanvoer vanuit het Hollandsch Diep;
- De mate van zoutlast door de Krammersluizen en;
- De zoutlast door zoute kwel.
Spoor II gaat nu aan de slag met de eerste en derde kennisleemte. De tweede wordt meegenomen in het traject van de nieuwe Krammersluizen.
Beschikbare en ontbrekende kennis inzichtelijk
De Kennisagenda is innovatief in zijn aanpak: het is een meta-agenda die zicht geeft op samenhang en verbinding tussen de losse kennisagenda’s. De systematiek beoogt zowel de beschikbare als de ontbrekende kennis inzichtelijk te maken. Partijen die een specifieke kennisvraag hebben, kunnen in de Kennisagenda zien of hun vraag al via andere onderzoeken wordt opgepakt en daarna contact leggen met de onderzoekers in kwestie. Via joint-fact-finding kunnen zij vervolgens samen aan de kennisvraag werken. Ook kunnen ze besluiten zich met hun onderzoek juist te richten op een vraag die nog niet wordt opgepakt. Via het Gebiedsoverleg Zuidwestelijke Delta ontstaan kansen voor de partners om door middel van de Kennisagenda hun kennisontwikkeling zo aan te sturen, dat die zo optimaal mogelijk bijdraagt aan het grotere geheel.
Zoetwatervoorziening en dynamische dijkzones als pilot
Om concreet te maken hoe de Kennisagenda in de praktijk werkt, zijn als pilot de thema’s zoetwatervoorziening en dynamische dijkzones (waterkerende landschappen) opgepakt. Het bleek al snel dat er al veel kennis beschikbaar is vanuit de natuurwetenschap en civieltechnische hoek. Kennis over vragen op sociaaleconomisch, maatschappelijk en governance/juridisch gebied is nog onderbelicht. Bijvoorbeeld: we weten hoe we een dijk moeten ontwerpen. Maar kennis over hoe we effectief besluiten kunnen nemen voor 2050, 2100 of verder, missen we grotendeels nog.
Samenwerken in kennis
Het doel is om de Kennisagenda in de komende jaren verder door te ontwikkelen en uit te breiden, waarbij niet alleen op inhoud maar ook op het samenwerkingsproces doorontwikkeld wordt. Dit gebeurt onder andere door in werksessies met gebiedspartners de Kennisagenda te bespreken en te bekijken hoe de partijen effectief en efficiënt hierin samen kunnen werken. Zo kijken we bijvoorbeeld terug op een geslaagde bijeenkomst met ruim 130 deelnemers op 20 mei waarin volop kennis werd gedeeld. Ook op het Nationaal Deltacongres afgelopen 11 november was de Integrale Kennisagenda onderwerp van een online sessie in het voorprogramma: Arno Nolte van Deltares en Simon Brasser van Rijkswaterstaat Zee en Delta lichtten daar de Kennisagenda toe en hoe deze een plek krijgt binnen de organisatie van de Zuidwestelijke Delta. Als vingeroefening pasten de deelnemers de systematiek toe op het effect van zeespiegelstijging op de waterveiligheid van de kust.